De Dow-Jonesindex noteerde tegen het einde van de handel 1,2 procent lager op 13.045 punten en de S&P 500 daalde 1,5 procent tot 1370 punten. De technologiebeurs Nasdaq zakte 2,1 procent tot 2961 punten.

De Amerikaanse overheid maakte vrijdag bekend dat de werkgelegenheid in de VS in april met 115.000 banen is toegenomen. De banengroei viel daarmee fors lager uit dan de 170.000 banen die economen in doorsnee hadden voorspeld. Het was de derde maand op rij dat de banengroei in de VS afzwakte.

Tegenvallende cijfers

Eerder deze week kwamen ook al tegenvallende cijfers over de Amerikaanse dienstensector en de fabrieksorders in de VS naar buiten. Die cijfers wakkerden de zorgen over het afzwakkende economische herstel in de grootste economie ter wereld aan.

De zorgen over de Amerikaanse economie hadden ook hun weerslag op de olieprijzen. De prijs van Amerikaanse olie zakte 3,9 procent tot 98,50 dollar per vat. Het is voor het eerst sinds februari dat de olieprijs onder de 100 dollar daalde. Brentolie werd 2,4 procent goedkoper.

Olie

Oliefondsen in New York stonden onder druk door de sterk dalende olieprijzen. ExxonMobil zakte 1,1 procent en Chevron verloor 2 procent.

De financiële fondsen hadden het ook zwaar. JPMorgan Chase zakte 2,7 procent en Bank of America verloor 2,9 procent. Netwerkfabrikant Cisco Systems ging 3 procent omlaag en Microsoft daalde 2,4 procent.

LinkedIn

De producent van verzorgingsproducten Estée Lauder zakte 5,9 procent. De winstvooruitblik stelde beleggers teleur. De Amerikaanse producent van zonnepanelen First Solar ging 6,1 procent omlaag. Het bedrijf leed een onverwacht verlies in het afgelopen kwartaal.

De zakelijke socialenetwerksite LinkedIn won echter 8 procent. Het bedrijf maakte donderdag nabeurs beter dan verwachte cijfers bekend. Ook werden de omzetprognoses voor 2012 verhoogd.

De euro was 1,3091 dollar waard, tegen 1,3089 dollar aan het eind van de Europese beurshandel vrijdag.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl